Meneer heeft een achtergrond in de informatica en is meer van de processen, zegt hij zelf. Mevrouw Van der Kolk heeft vroeger in de zorg gewerkt. Heel verschillende achtergronden, maar samen kunnen ze na hun pensionering hun ei kwijt bij de Amandelhof. ‘Mijn vrouw gaat gewoon praatjes maken met mensen, ik lees liever voor. Zo doen we allebei iets wat bij ons past.’ Mevrouw Van der Kolk: ‘Ik verzorg vaak de koffie en dan speelt mijn man bijvoorbeeld orgel en zingen we een half uurtje met elkaar.’ Meneer Van der Kolk zegt beamend: ‘We doen allebei iets voor onszelf, maar toch samen. Ja, dat is mooi.’ Als het echtpaar thuiskomt na het doen van vrijwilligerswerk, kunnen ze samen napraten. Dat ervaren ze als waardevol. ‘Het is echt een uitje van ons samen.’

Herkenning

De Amandelhof is voor hen een plek waar veel samenkomt. Identiteit, netwerk en gezelligheid. ‘Er zijn hier zoveel mensen, met verschillende achtergronden, maar er is altijd herkenning.’ Meneer Van der Kolk legt uit: ‘We spreken allemaal dezelfde taal, de identiteit is een belangrijke gedeelde factor. Dat is heel waardevol. De Amandelhof is ook een kleine gemeenschap, ik kom altijd wel mensen tegen die ik zelf ken of via-via ken.’ Mevrouw: ‘We hebben ook een hele leuke klik met het personeel. Dat is echt heel gezellig.’ Voor het echtpaar voelt de Amandelhof als een warme plaats van herkenning.

Warme band

Door gezondheidsproblemen kan het echtpaar nu al een aantal maanden geen vrijwilligerswerk doen. Maar de band met de groep bewoners waar ze vaak komen, blijft bestaan. ‘We hebben nu al twee keer een bos bloemen gekregen en één keer belde een bewoner, met alle andere bewoners en het personeel er omheen. Dat was prachtig, ze wilden allemaal wat zeggen.’ Het echtpaar ervaart een warme band met de Amandelhof en kijkt er naar uit om weer meer vrijwilligerswerk te kunnen doen.

Werken in Gods koninkrijk

Meneer Van der Kolk: ‘Weet u, ik zou niet direct willen zeggen tegen anderen dat je geschikt moet zijn voor dit vrijwilligerswerk. Mijn vrouw had er direct feeling mee. Ik vond mezelf niet zo geschikt, maar ik heb toch echt mijn plek gevonden en doe dit werk erg graag. Je hoeft geen speciale of bijzondere kwaliteiten te hebben, je groeit er wel in. Ik lees graag iets voor uit de kerkgeschiedenis, of een meditatie. Ik vind het fijn dat ik zoiets kan doen in Gods koninkrijk.’